Mijnen

Haliř doorgang

254 01 Pohoří

In 1949-1950 werd de plaatselijke groeve in het dal van de Turyňse beek ontgonnen als onderdeel van de exploratie van het gehele Jílové goudgebied. Tegelijkertijd werd in het westelijke deel van Halíř een oude mijngang geopend die in oostelijke richting uit het dal van de Chotouňse beek was gedolven. De ontginning van de oude put leverde geen interessante resultaten op. De nieuwe doorgang van Halíř, die met een lengte van ongeveer 270 m de hele aderzone heeft ontsloten, heeft uitgebreide bovengrondse overblijfselen, mogelijk van middeleeuwse ontginningen, ondergraven.

De eerste vermelding van Halíří verschijnt in de kroniek van Hájek uit de 16e eeuw, waar de naam van de Haléřek mijn verschijnt (1079), maar het lokale goud werd al gedolven in de Keltische tijd, toen het werd gedolven op de rechter zijrivieren van de rivier de Sázava (Chotouňský en Turyňský potok).

Volgens historici waren hier twee belangrijke mijnbouwfasen, namelijk het midden van de 14e eeuw en het einde van de 16e eeuw. De laatste mijnbouwactiviteit in het gebied was de exploratie van de Haliř-aderzone, toen de Oude Haliř-ingang werd geopend en de Nieuwe Haliř-ingang werd gegraven in 1948-1951.

De nieuwe Halira-ingang werd tussen 1948 en 1951 gegraven om de uitgebreide oppervlakte van de oude mijnen te ondergraven. Het was bedoeld om de afgeleide zone van ertsaders te identificeren. Het is het nieuwste mijnbouwwerk in Halíri. De sleuf werd naar het NW gegraven en had een lengte van 258 meter (gemeten vanaf de monding van de sleuf). Er werden vier sleuven gemaakt loodrecht op de aders (de totale lengte inclusief de sleuven is 369 meter). De helling van de lagen in de sleuf is aanvankelijk 40° tot 50° naar het NE, de rotsen vormen banken van wisselende dikte (enkele dm tot 1 m), met een plaatachtige scheiding volgens de lagen. Binnen 10 m van de monding van de groeve werd een hellend oppervlak (naar het ZW hellend) waargenomen, waaraan de ertsader verder gebonden is en van waaruit de groeve ontgonnen werd. Het profiel van de groeve heeft daarom de vorm van de letter 'A', waarbij de linkerkant een dislocatie 'kop' is met een helling van 50° naar het ZW (links), terwijl de rechterkant van het plafond wordt gevormd door een gelaagd oppervlak met een helling van 45° naar het NE.

Kaart

Mapa
Contact
254 01 Pohoří
GPS: 49,88419064°N 14,51338504°E 
Openingstijden november 2024
Alleen om te bestellen
17. 11. zondag Gesloten